NAAM, ZETEL, GRONDSLAG EN DUUR

Artikel 1

  1. De vereniging is genaamd Seniorenvereniging St. Lucia, hierna te noemen “afdeling”, en is gevestigd te
  2. De afdeling maakt deel uit van de vereniging Senioren Netwerk Brabant en Zeeland, gevestigd te ‘s-Hertogenbosch.
  3. De grondslag en uitgangspunten van Senioren Netwerk Brabant en Zeeland, zoals opgenomen in artikel 1, lid 3 van zijn statuten, vormen ook de grondslag en uitgangspunten van de afdeling.
  4. De afdeling is opgericht in de maand september negentienhonderd twee en vijftig en is aangegaan voor onbepaalde tijd.

 

DOEL

Artikel 2

  1. De afdeling stelt zich ten doel het organiseren van activiteiten voor haar leden, gericht op ontmoeting en hun algemeen welzijn, alsmede het behartigen van de belangen van senioren in het algemeen en die van haar leden in het bijzonder, in de meest ruime zin van het woord.
  2. De afdeling beoogt met het geheel van haar activiteiten die het algemeen belang dienen niet het maken van winst.

 

MIDDELEN

Artikel 3

De afdeling tracht haar doel te bereiken door:

  1. het behartigen van individuele belangen van leden;
  2. collectieve belangenbehartiging van senioren;
  3. het vertegenwoordigen van de belangen van senioren bij overheden en andere instanties;
  4. het samenwerken met organisaties en instellingen met een gelijk of aanverwant doel;
  5. het organiseren van sociaal-culturele activiteiten;
  6. het aanwenden van andere wettige middelen.

 

LIDMAATSCHAP

Artikel 4

  1. Leden zijn zij, die de leeftijd van tenminste vijftig jaren hebben bereikt en na een aanvraag daartoe bij het afdelingsbestuur door dat bestuur als lid zijn toegelaten. Partners van leden en partners van overleden leden kunnen als lid tot de afdeling worden toegelaten, ook al hebben zij de leeftijd van vijftig jaren nog niet bereikt.
  2. Het lidmaatschap van de afdeling is onverbrekelijk verbonden met het lidmaatschap van betrokkene bij Senioren Netwerk Brabant en Zeeland. Het afdelingsbestuur is verplicht om met redelijke spoed een nieuw toegelaten lid als lid aan te melden bij Senioren Netwerk Brabant en Zeeland. De afdeling zal namens Senioren Netwerk Brabant en Zeeland het lid voorzien van een ledenpas. De beide lidmaatschappen gelden als ingegaan op de dag van toelating door het afdelingsbestuur.
  3. De leden zijn verplicht de grondslag en uitgangspunten van de afdeling en die van Senioren Netwerk Brabant en Zeeland te respecteren en zich te houden aan de statuten en relevante reglementen van Senioren Netwerk Brabant en Zeeland en zijn geledingen, alsmede aan de besluiten van de daartoe bevoegde organen van de afdeling.
  4. De ledenvergadering is bevoegd om aan de leden verplichtingen (waaronder de verplichting tot het betalen van contributie) op te leggen. Het voorstel daartoe dient bij de oproeping van de vergadering bekend te worden gemaakt.

 

  1. Het lidmaatschap eindigt:
  2. door overlijden van het lid;
  3. door opzegging door het lid aan de afdeling;
  4. door opzegging aan het lid;
  5. door ontzetting;
  6. door beëindiging van het lidmaatschap van Senioren Netwerk Brabant en Zeeland.
  7. Opzegging en ontzetting geschieden met een schriftelijk en gemotiveerd bericht aan betrokkene door het afdelingsbestuur. Betrokkene heeft echter, mits binnen een termijn van zes weken, recht van beroep op de ledenvergadering; in die vergadering heeft betrokkene spreekrecht, doch geen stemrecht. Hangende het beroep is het lid geschorst.
  8. Opzegging van het lidmaatschap namens de afdeling kan door het afdelingsbestuur al dan niet op voorstel van de ledenvergadering geschieden:
  9. wegens wanbetaling;
  10. wegens het verlies van de vereisten voor het lidmaatschap;
  11. wanneer van de afdeling voortzetting van het lidmaatschap in redelijkheid niet kan worden gevergd;
  12. wanneer het lid zich schuldig maakt aan gedragingen, die de belangen van de afdeling dan wel Senioren Netwerk Brabant en Zeeland in ernstige mate schaden.
  13. Ontzetting van een lid kan geschieden:
  14. wegens handelingen in strijd met de statuten en/of enig reglement;
  15. wegens handelingen in strijd met besluiten van een daartoe bevoegd orgaan van de afdeling;
  16. wegens het op onredelijke wijze benadelen van de a
  17. Wanneer het lidmaatschap in de loop van het boekjaar eindigt, blijft de contributie voor het gehele jaar verschuldigd.

 

SAMENSTELLING, VERGADERFREQUENTIE EN OPROEPING LEDENVERGADERING

Artikel 5

  1. Aan de ledenvergadering kan worden deelgenomen door de tot de afdeling behorende leden, door het afdelingsbestuur, door het kringbestuur van de kring waartoe de afdeling behoort, alsmede door hen, die met toestemming van de ledenvergadering daartoe zijn uitgenodigd.
  2. De ledenvergadering wordt tenminste eenmaal per jaar bijeengeroepen, bij voorkeur vóór 1 mei, maar uiterlijk in de maand juni van ieder jaar (de jaarvergadering waarin het (financiële) jaarverslag aan de orde komt) en voorts wanneer het afdelingsbestuur dat wenselijk acht.
  3. Verder wordt de ledenvergadering bijeengeroepen, binnen veertien dagen, nadat een aantal leden als bevoegd is tot het uitbrengen van tenminste een/tiende van de stemmen of, indien dat minder is, tenminste dertig leden daarom aan het bestuur verzoekt. Indien aan dat verzoek door het afdelingsbestuur niet tijdig wordt voldaan, zijn de verzoekers zelf tot bijeenroeping bevoegd. Terzake van deze bijeenroeping gelden de gewone voorschriften, met dien verstande, dat oproeping ook kan geschieden door middel van een oproep in een ter plaatse waar de afdeling is gevestigd veelgelezen (bij voorkeur plaatselijk) dagblad dan wel huis-aan-huisblad. In een dergelijke vergadering voorziet de vergadering zelf in haar leiding.
  4. De bijeenroeping kan naast schriftelijk eveneens door middel van een elektronisch communicatiemiddel, zoals per e-mail, plaatsvinden.
  5. Voor elke ledenvergadering wordt de conceptagenda tenminste acht dagen van tevoren aan de leden van de afdeling per post, lokale nieuwsbrief of per e-mail bekend gemaakt door het afdelingsbestuur. Het bestuur van de afdeling stelt de leden in de gelegenheid kennis te nemen van de stukken die in de ledenvergadering aan de orde zullen komen.
  6. De vergadering staat onder leiding van een voorzitter, die door en uit de ledenvergadering wordt benoemd.
  7. Van het behandelde in een ledenvergadering wordt een verslag opgemaakt, dat uiterlijk zes weken na de vergadering aan de leden van de afdeling ter beschikking wordt gesteld.

BEVOEGDHEDEN
Artikel 6

Aan de ledenvergadering komen alle bevoegdheden toe, die niet krachtens de wet of door deze statuten aan het afdelingsbestuur, Senioren Netwerk Brabant en Zeeland of een ander orgaan zijn opgedragen. Tot de taak van de ledenvergadering behoort met name:

  1. de beoordeling van het beleid van het bestuur van de afdeling en vaststelling van een beleids- en/of werkplan;
  2. de behandeling en vaststelling van het jaarverslag, de financiële verslagen en de begroting en het aanwijzen van de financiële middelen, waaronder met name het vaststellen van de afdelingscontributie per lid;
  3. de verkiezing van de bestuursleden, de voorzitter en de leden van de controlecommissie;
  4. het behandelen van en het beslissen over voorstellen, ingediend door het afdelingsbestuur of door de leden van de afdeling;
  5. het beslissen over zaken welke aan de ledenvergadering zijn opgedragen.

 

BESLUITVORMING LEDENVERGADERING

Artikel 7

  1. Ieder lid heeft – behoudens het bepaalde in artikel 4 lid 6 en artikel 14 lid 1 sub e – ter vergadering één stem. Een stem kan ook worden uitgebracht door een ter beoordeling van de voorzitter duidelijke volmacht gegeven aan een ander lid. Ieder lid van het afdelingsbestuur heeft als zodanig een raadgevende stem in de ledenvergadering.
  2. Voor zover niet een andere meerderheid is voorgeschreven, kan een besluit worden genomen met tenminste volstrekte meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen.
  3. Stemmen zijn ongeldig, indien ze blanco zijn ingeleverd, ondertekend of op andere wijze gemerkt zijn, dan wel meer of andere namen van personen bevatten dan gekozen kunnen worden.
  4. De voorzitter kan besluiten dat een stemming schriftelijk geschiedt. Stemming over personen geschiedt schriftelijk, tenzij de ledenvergadering oordeelt dat stemming bij acclamatie kan plaatsvinden. Ingeval van een schriftelijke stemming benoemt de voorzitter een commissie, bestaande uit drie personen, die geen bestuurslid zijn, die belast is met het bepalen van de uitslag van de stemming.
  5. Indien bij stemming over personen niemand de volstrekte meerderheid heeft behaald, vindt een tweede vrije stemming plaats. Indien ook dan door niemand de vereiste meerderheid wordt behaald, vindt herstemming plaats tussen de personen, die het hoogste en op een na hoogste aantal stemmen hebben behaald. Staken alsdan de stemmen, dan beslist het lot.
  6. Ingeval van staking van de stemmen over zaken is het voorstel verworpen.
  7. Het door de voorzitter van de vergadering uitgesproken oordeel, dat een besluit is genomen is beslissend. Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van dat oordeel de juistheid daarvan betwist, dan vindt een nieuwe stemming plaats, indien tenminste één lid dat verlangt. Alsdan vervalt de uitslag van de eerste stemming.
  8. Besluiten kunnen worden genomen zonder hoofdelijke stemming, tenzij een lid zich daartegen verzet of de voorzitter van de vergadering hoofdelijke stemming gewenst acht.
  9. Ieder stemgerechtigd lid kan in een ledenvergadering het stemrecht uitoefenen door middel van een elektronisch communicatiemiddel, mits de stemgerechtigde via het elektronisch communicatiemiddel kan worden geïdentificeerd, rechtstreeks kan kennisnemen van de verhandelingen ter vergadering en het stemrecht kan uitoefenen. Bovendien dient de stemgerechtigde via het elektronisch communicatiemiddel deel te kunnen nemen aan de beraadslagingen. De ledenvergadering is bevoegd bij reglement voorwaarden te stellen aan het gebruik van het elektronische communicatiemiddel. Indien de ledenvergadering van deze bevoegdheid gebruik heeft gemaakt, worden de voorwaarden bij de oproeping bekend gemaakt.
  10. Indien bij de oproeping bepaald, kunnen stemmen voorafgaand aan een ledenvergadering via een elektronisch communicatiemiddel worden uitgebracht. Stemmen die voorafgaand aan de ledenvergadering via een elektronisch communicatiemiddel worden uitgebracht, doch niet eerder dan op de dertigste dag voor die van de vergadering, worden gelijkgesteld met stemmen die ten tijde van die vergadering worden uitgebracht.
  11. Ook buiten de vergadering kunnen, mits met algemene stemmen van alle leden, besluiten worden genomen. De stemmen dienen dan te worden uitgebracht schriftelijk of via een elektronisch communicatiemiddel. Het hiervoor in dit lid bepaalde is op zoveel mogelijk overeenkomstige wijze van toepassing, indien een onderwerp niet tijdig geagendeerd is.

 

SAMENSTELLING AFDELINGSBESTUUR

Artikel 8

  1. Het afdelingsbestuur bestaat uit tenminste drie leden, te kiezen door en uit de ledenvergadering, waarbij de voorzitter in functie gekozen wordt.
  2. Het afdelingsbestuur kiest uit zijn midden een secretaris en een penningmeester. De overige taken worden in onderling overleg verdeeld.
  3. De ledenvergadering bepaalt het aantal bestuursleden.
  4. Indien gewenst kan een dagelijks bestuur gevormd worden, bestaande uit de voorzitter, secretaris en penningmeester.
  5. Indien het aantal bestuursleden daalt tot beneden het vastgestelde aantal, vormen de resterende bestuursleden of vormt het resterende bestuurslid niettemin een bevoegd bestuur met de uitdrukkelijke verplichting op zo kort mogelijke termijn over te gaan tot aanvulling tot het vastgestelde minimum aantal bestuursleden.
  6. Bij ontstentenis of belet van alle leden van het afdelingsbestuur, berust het bestuur van de afdeling tijdelijk bij een of meer door de ledenvergadering daartoe voor dit doel aangewezen personen. De ledenvergadering is verplicht voor deze aanwijzing zorg te dragen. De ledenvergadering heeft het recht om ook in geval van ontstentenis of belet van een of meer, doch niet alle bestuursleden, een of meer personen als bedoeld in de eerste volzin van dit lid, aan te wijzen die alsdan mede met het bestuur van de afdeling zijn belast.
  7. Bestuursleden kunnen te allen tijde onder opgaaf van redenen door de ledenvergadering worden geschorst of ontslagen.
  8. Indien ingeval van schorsing van een bestuurslid de ledenvergadering niet binnen drie maanden daarna tot zijn ontslag heeft besloten, eindigt de schorsing. Het geschorste lid wordt in de gelegenheid gesteld zich in de ledenvergadering te verantwoorden en kan zich daarbij door een raadsman doen bijstaan.

 

VOORZITTER AFDELING

Artikel 9

  1. De voorzitter leidt de vergaderingen van het afdelingsbestuur, het dagelijks bestuur en de ledenvergadering.
  2. Met de overige leden van het dagelijks bestuur zorgt de voorzitter voor de dagelijkse gang van zaken, de ledenadministratie en de voorbereiding van bestuurs- en ledenvergaderingen.

 

SECRETARIS AFDELING

Artikel 10

  1. De secretaris draagt zorg voor de uitgaande en ingekomen stukken en maakt hiervan een lijst. De secretaris doet op iedere bestuursvergadering hierover mededelingen.
  2. De secretaris draagt zorg voor een passende administratie, maakt van alle vergaderingen een verslag of notulen en/of een besluitenlijst en voert de correspondentie.
  3. De secretaris draagt zorg voor een duidelijk en overzichtelijk jaarverslag, waarin de activiteiten in het voorbije jaar worden vermeld en waaruit de stand van zaken in de afdeling blijkt.

 

  1. De secretaris houdt nauwgezet de ledenadministratie bij en mutaties in het ledenbestand geeft de secretaris namens het afdelingsbestuur met de nodige gegevens door, met inachtneming van de privacywetgeving, overeenkomstig het huishoudelijk reglement van Senioren Netwerk Brabant en Zeeland.

 

PENNINGMEESTER AFDELING

Artikel 11

  1. De penningmeester beheert – voor zover nodig op basis van een volmacht van het afdelingsbestuur – de geldmiddelen.
  2. De penningmeester voert een overzichtelijke boekhouding van de inkomsten en uitgaven en brengt op de jaarvergadering financieel verslag uit met een rapport van de controlecommissie. Tussentijds geeft de penningmeester het afdelingsbestuur inlichtingen over de stand van de financiën.
  3. De penningmeester regelt de inning van de contributie en eventuele subsidieaanvragen.
  4. De penningmeester draagt zorg voor een tijdige afdracht van de door de algemene vergadering van Senioren Netwerk Brabant en Zeeland per lid vastgestelde contributie aan Senioren Netwerk Brabant en Zeeland, zulks met inachtneming van het daaromtrent bepaalde in het huishoudelijk reglement.

 

KANDIDAATSTELLING

Artikel 12

  1. Kandidaatstelling voor voorzitter of lid van het afdelingsbestuur geschiedt schriftelijk, door het afdelingsbestuur of door tenminste vijf leden van de afdeling.
  2. Iedere kandidaatstelling dient vergezeld te gaan van een schriftelijke bereidverklaring van de voorgestelde kandidaat tot aanvaarding van de betreffende bestuursfunctie, met vermelding van bij huishoudelijk reglement nader te bepalen relevante gegevens.

 

VERKIEZING

Artikel 13

  1. De verkiezing tot voorzitter of lid van het afdelingsbestuur geschiedt bij schriftelijke stemming door de ledenvergadering van de afdeling.
  2. De wijze van stemming geschiedt overeenkomstig artikel 7 van deze statuten.
  3. Indien het aantal kandidaten overeenkomt met het aantal vacatures en indien geen schriftelijke stemming wordt gevraagd, kan de ledenvergadering besluiten tot benoeming bij acclamatie.
  4. De leden van het afdelingsbestuur worden benoemd voor een periode van maximaal drie jaar en zijn daarna herkiesbaar. Telkens voor drie jaar.
  5. Het afdelingsbestuur stelt een rooster van aftreden op, ingevolge hetwelk in enig jaar niet tegelijk de voorzitter, de secretaris en de penningmeester of twee van hen aftreden. Herverkiezing als lid van het afdelingsbestuur leidt niet automatisch tot herstel in de functie die betrokkene eerder vervulde. Het rooster van aftreden behoeft de goedkeuring van de ledenvergadering.
  6. Een in een tussentijdse vacature gekozen bestuurslid neemt op het rooster de plaats in van diens voorganger, doch volgt niet noodzakelijk op in diens functie in het afdelingsbestuur.

 

EINDE LIDMAATSCHAP AFDELINGSBESTUUR

Artikel 14

  1. Het lidmaatschap van het afdelingsbestuur eindigt:
  2. doordat het lid het lidmaatschap van het afdelingsbestuur opzegt;
  3. doordat het lid ophoudt lid te zijn van de afdeling en van Senioren Netwerk Brabant en Zeeland;
  4. doordat het lid het vrije beheer over diens geldelijke vermogen verliest;
  5. door verloop van de periode waarvoor betrokkene is gekozen;
  6. door een besluit tot ontslag van de ledenvergadering. Bij de besluitvorming in de ledenvergadering over dit ontslag heeft de betrokkene geen stemrecht doch wel spreekrecht;
  7. door overlijden.
  8. Een bestuurslid of commissielid kan te allen tijde door het orgaan dat betrokkene heeft gekozen respectievelijk benoemd, worden ontslagen of geschorst volgens artikel 24 van de statuten van Senioren Netwerk Brabant en Zeeland. De bepalingen omtrent ontheffing functie in het huishoudelijk reglement van Senioren Netwerk Brabant en Zeeland zijn van overeenkomstige toepassing.

 

TAKEN EN BEVOEGDHEDEN AFDELINGSBESTUUR

Artikel 15

  1. Het afdelingsbestuur is belast met de algehele leiding van de afdeling, de uitvoering van de bepalingen in deze statuten en in de reglementen bedoeld in artikel 25 van de statuten van Senioren Netwerk Brabant en Zeeland en van de besluiten van de ledenvergadering.
  2. Het afdelingsbestuur voert alle taken uit, voor zover deze niet bij of krachtens de wet, de statuten en/of reglement aan andere organen zijn opgedragen.
  3. Het afdelingsbestuur is bevoegd tot het sluiten van overeenkomsten tot het kopen, vervreemden of bezwaren van registergoederen. Het is niet bevoegd tot het sluiten van overeenkomsten waarbij de afdeling zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidsstelling voor een schuld van een derde verbindt.
  4. Het afdelingsbestuur is omtrent zijn handelen en optreden verantwoording verschuldigd aan de ledenvergadering.
  5. Ieder lid van het afdelingsbestuur is tegenover de afdeling gehouden tot een behoorlijke vervulling van de aan het lid opgedragen taak. Bij de vervulling van hun taak richten de bestuurders zich naar het belang van de afdeling en haar organisatie.
  6. Het afdelingsbestuur kan ter behartiging van bijzondere taken of activiteiten een commissie instellen.
  7. Het afdelingsbestuur kan één of meerdere adviseurs benoemen.
  8. Het dagelijks bestuur is, indien gevormd, belast met de dagelijkse gang van zaken, de ledenadministratie en de voorbereiding van de vergadering van het afdelingsbestuur en de ledenvergadering.
  9. Het afdelingsbestuur stelt zo mogelijk een beleidsplan en een daaruit voortvloeiend werkplan op en legt dit ter goedkeuring voor aan de ledenvergadering.
  10. Het afdelingsbestuur wijst uit zijn leden vertegenwoordigers aan in de kringraad.
  11. Het afdelingsbestuur draagt kandidaten voor ten behoeve van het kringbestuur.

 

VERTEGENWOORDIGING
Artikel 16

  1. Het afdelingsbestuur vertegenwoordigt de afdeling.
  2. De vertegenwoordigingsbevoegdheid komt mede toe aan twee gezamenlijk handelende bestuursleden.
  3. Het afdelingsbestuur kan volmacht verlenen aan één of meer bestuursleden alsook aan anderen, om de afdeling binnen de grenzen van die volmacht te vertegenwoordigen.

 

BESTUURSVERGADERINGEN
Artikel 17

  1. Het afdelingsbestuur vergadert bij voorkeur maandelijks, doch ten minste vijf keer per jaar.
  2. Het dagelijks bestuur kondigt uiterlijk een week van tevoren een bestuursvergadering aan, onder gelijktijdige aanbieding van een agenda met de vergaderpunten.
  3. Een lid van het afdelingsbestuur of het dagelijks bestuur neemt niet deel aan de beraadslaging en besluitvorming, indien het lid daarbij een direct of indirect persoonlijk belang heeft dat strijdig is met het belang van de afdeling. Wanneer hierdoor geen besluit kan worden genomen, wordt het besluit genomen door de ledenvergadering.

BESLUITVORMING AFDELINGSBESTUUR

Artikel 18

  1. Ieder lid van het afdelingsbestuur heeft ter vergadering één stem.
  2. Hetgeen in deze statuten is bepaald betreffende besluitvorming in de ledenvergadering is op zoveel mogelijk overeenkomstige wijze van toepassing op besluitvorming in de vergadering van het afdelingsbestuur.

 

BOEKJAAR

Artikel 19

Het boekjaar van de afdeling is gelijk aan het kalenderjaar.

 

GELDMIDDELEN

Artikel 20

  1. De inkomsten van de afdeling bestaan uit:
  2. de contributie van de leden;
  3. subsidies en donaties;
  4. overige baten.
  5. Een natuurlijk persoon noch een rechtspersoon kan beschikken over het vermogen van de afdeling als ware het diens eigen vermogen als bedoeld in artikel 1a lid1 sub c van de Uitvoeringsregeling Algemene wet inzake rijksbelastingen 1994.
  6. De afdeling zal niet meer vermogen aanhouden dan redelijkerwijs nodig is voor de verwezenlijking van haar doelen en het uitoefenen van de daarbij behorende activiteiten.
  7. In het huishoudelijk reglement kan een vergoedingsregeling worden vastgesteld voor kosten, die leden en afdelingsbestuursleden maken ten behoeve van activiteiten van de afdeling.

 

CONTRIBUTIE

Artikel 21

1.    De contributie wordt geïnd door het afdelingsbestuur. De wijze van inning van de contributie wordt door het afdelingsbestuur vastgesteld.

2.    Het afdelingsbestuur bepaalt de hoogte van de contributie, alsmede de hoogte van de contributie die verschuldigd is wanneer iemand in de loop van het kalenderjaar toetreedt als lid.

3.    Bij beëindiging van het lidmaatschap gedurende het boekjaar heeft geen restitutie van contributie plaats.

4.    Het afdelingsbestuur kan afwijken van het bepaalde in lid 3.

 

CONTROLECOMMISSIE

Artikel 22

  1. De ledenvergadering stelt een controlecommissie in. De commissie bestaat uit ten minste twee leden, die geen deel mogen uitmaken van het afdelingsbestuur. De leden van de controlecommissie zijn benoembaar voor een periode van maximaal twee jaar. Na het verstrijken van deze periode zijn zij pas herbenoembaar voor eenzelfde termijn, indien een jaar is verstreken na hun aftreden. Elk kalenderjaar wordt tenminste één nieuw lid gekozen.
  2. De jaarrekening en verantwoording van het afdelingsbestuur worden door de controlecommissie gecontroleerd en vergeleken met de door de ledenvergadering goedgekeurde begroting. Daarna brengt de commissie verslag uit van haar bevindingen aan de ledenvergadering en adviseert zij de ledenvergadering het afdelingsbestuur al of niet decharge te verlenen. Daarnaast kan de controlecommissie te allen tijde gevraagd of ongevraagd advies uitbrengen aan het afdelingsbestuur en/of aan de ledenvergadering.
  3. Het afdelingsbestuur is verplicht de controlecommissie alle door haar gevraagde inlichtingen en gegevens te verschaffen, die zij voor de uitoefening van haar taken acht nodig te hebben.

 

 

FINANCIEEL JAARVERSLAG EN DECHARGE

Artikel 23

  1. Tijdens de ledenvergadering legt het afdelingsbestuur verantwoording af over het financieel beheer in het afgelopen boekjaar aan de hand van jaarstukken (staat van baten en lasten en balans).
  2. Goedkeuring van de jaarstukken door de ledenvergadering strekt het afdelingsbestuur tot decharge voor het gevoerde financiële beheer, tenzij de ledenvergadering, met redenen omkleed, anders beslist.

 

REGLEMENTEN

Artikel 24

  1. Het bestuur van de afdeling kan nadere bepalingen of een huishoudelijk reglement vaststellen.
  2. De nadere bepalingen of het huishoudelijk reglement mogen geen bepalingen bevatten in strijd met de statuten en reglementen van Senioren Netwerk Brabant en Zeeland.

 

STATUTENWIJZIGING

Artikel 25

  1. Wijziging in deze statuten kan slechts worden aangebracht met twee derde van de uitgebrachte geldige stemmen in een hiertoe uitdrukkelijk, onder mededeling van de voorgestelde wijzigingen, opgeroepen ledenvergadering.
  2. De oproeping voor deze vergadering en de voorstellen moeten minstens twee weken tevoren aan de leden worden toegezonden.
  3. Een statutenwijziging treedt eerst in werking nadat daarvan een notariële akte is verleden.
  4. De leden van het afdelingsbestuur zijn overeenkomstig het bepaalde in artikel 16, ten aanzien van de vertegenwoordigingsbevoegdheid, bevoegd de notariële akte van statutenwijziging te ondertekenen.
  5. De leden van het afdelingsbestuur zijn verplicht een authentiek afschrift van de akte van statutenwijziging en een volledige doorlopende tekst van de statuten, zoals deze na de wijziging luiden, neer te leggen ten kantore van het Handelsregister, gehouden door de Kamer van Koophandel.
  6. Wijziging van de statuten behoeft de goedkeuring van het algemeen bestuur van Senioren Netwerk Brabant en Zeeland.

 

ONTBINDING AFDELING

Artikel 26

1.    Tot ontbinding van de afdeling kan slechts worden besloten door de ledenvergadering op dezelfde wijze als in artikel 25 ten aanzien van statutenwijziging is bepaald. Het besluit tot ontbinding is eerst definitief nadat het algemeen bestuur van Senioren Netwerk Brabant en Zeeland daaraan zijn goedkeuring heeft gehecht.

2.    Nadat een besluit ter ontbinding van de afdeling definitief is treedt het bestuur op als commissie van liquidatie. De liquidatie zal geschieden met inachtneming van het daaromtrent bepaalde in het Burgerlijk Wetboek. De ledenvergadering die tot ontbinding van de afdeling besluit, beslist tevens over de aanwending van de overblijvende baten en bezittingen. Indien ten tijde van de ontbinding de afdeling wordt aangemerkt als ‘Algemeen Nut Beogende Instelling’ dient een eventueel batig saldo van de ontbonden afdeling volledig besteed te worden ten behoeve van een Algemeen Nut Beogende Instelling met een soortgelijke doelstelling of van een buitenlandse instelling die voor minimaal negentig procent (90%) gericht is op het algemeen nut en die een soortgelijke doelstelling heeft. Indien ten tijde van de ontbinding de afdeling niet wordt aangemerkt als een Algemeen Nut Beogende Instelling wordt een eventueel batig saldo van de ontbonden afdeling zoveel mogelijk besteed in overeenstemming met de doelstelling van de afdeling.

3.    Na de ontbinding blijft de afdeling voortbestaan, voor zover dit tot vereffening van haar vermogen nodig is. In stukken en aankondigingen die van de afdeling uitgaan, moeten aan haar naam worden toegevoegd de woorden “in liquidatie”.

4.    Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van de statuten, voor zover mogelijk, van kracht. Zij die met de vereffening van de afdeling zijn belast, zijn verplicht van de ontbinding inschrijving te doen in het in artikel 25 lid 5 van deze statuten bedoelde register.

5.    De boeken en bescheiden van de ontbonden afdeling moeten worden bewaard gedurende de wettelijk voorgeschreven termijn na afloop van de vereffening. Bewaarder is degene die door de vereffenaar(s) als zodanig is aangewezen.

 

OVERGANGSBEPALING

Artikel 27

De bij de inwerkingtreding van deze statuten zittende bestuursleden worden geacht te zijn gekozen overeenkomstig het gestelde in deze statuten.

 

SLOTBEPALING
Artikel 28

  1. In alle gevallen waarin noch door statuten, noch door reglementen is voorzien of wanneer bepalingen daarvan voor meer dan één uitleg vatbaar zijn of anderszins onduidelijk, beslist het afdelingsbestuur.
  2. Onder “schriftelijk” wordt in deze statuten verstaan elk via de gangbare communicatiekanalen overgebracht leesbaar en reproduceerbaar bericht.

 

AANGEHECHTE STUKKEN

Aan deze akte zijn twee (2) stukken gehecht, te weten:

  1. notulen ledenvergadering afdeling;
  2. goedkeuring statutenwijziging van het algemeen bestuur van Senioren Netwerk Brabant en Zeeland.